academische vaardigheden voor bouwkundigen
Het boek Academische Vaardigheden voor Bouwkundigen geeft een verdiepend beeld van bouwkunde als wetenschappelijke discipline, gaat expliciet in op de relatie tussen ontwerp en onderzoek en richt zich met name op praktische vaardigheden die bouwkundestudenten ontwikkelen gedurende hun bacheloropleiding in Delft.
wandelen door het (stedelijk) landschap
Observeren is een van de meest basale methode van onderzoek; in de sociale wetenschappen, maar zeker ook binnen de ingenieurswetenschappen (techniek en ontwerp). Maar hoe doe je dat eigenlijk? Het eenvoudige antwoord; dit gaat vanzelf. Wij zijn de hele dag door aan het waarnemen met alle zintuigen. Onze hersenen krijgen per seconden 4,2 miljoen prikkels van onze zintuigen, maar ook van ons lichaam (honger, dorst, pijn). Van al deze informatie bereiken er 5 tot 9 prikkels ons bewustzijn (Miller, 1956). Observeren in onderzoek en ontwerp vraagt dus enige focus om niet te verzanden in alle beschikbare informatie. In dit hoofdstuk gaan we in op hoe we waarnemen, wat we kunnen waarnemen in de (on)gebouwde omgeving en hoe je gericht en bewust observatietechnieken kunt inzetten om meer van je planlocatie te weten te komen. Daarnaast bespreken wij hoe je waarnemingen kan vastleggen als ingang voor het ontwerp(en). In dit hoofdstuk gaat het ook over het waarnemen van de sociale omgeving, naast het waarnemen van gebouwde en natuurlijke omgeving.
in MaartenJan Hoekstra Louis Lousberg Remon Rooij Willemijn Wilms Wilms Floet Sake Zijlstra eds. Inzicht - Academische vaardigheden voor bouwkundigen Technische Universiteit Delft. pp. 251-273. In samenwerking met Inge Bobbink and Machiel van Dorst.